Deze centrale staat in top 20 grootste uitstoters, maar kán op waterstof draaien. Er is alleen één probleem
Van nationaal belang en hypermodern, de Maxima-centrale bij Lelystad. Deze elektriciteitscentrale kan sinds kort voor 50 procent op waterstof draaien, waardoor er veel minder CO2 vrijkomt. Goed nieuws, want de centrale is een ‘grote uitstoter’. Én het is een wereldprimeur voor eigenaar Engie. Er is nog wel een probleem: hoe komt waterstof naar de polder?
Herre Stegenga 03-03-24, 07:00 Laatste update: 03-03-24, 07:36
- Het is een koude morgen, de Maxima-centrale op een kunstmatig eiland in het IJsselmeer draait op volle toeren. De twee identieke turbines, de Flevo 4 en 5, produceren samen zo’n 900 megawatt op dit moment. Dat leert een blik op de schermen in de controlekamer: 900 megawatt, niet misselijk. ,,Op een zonnige dag is 900 hectare aan zonnepanelen nodig om dit te produceren”, zegt vestigingsmanager Harry Talen tijdens een rondleiding.
Als we stroom produceren, zijn we goed voor 5 procent van de vraag in het landHarry Talen, vestigingsmanager
Tja, de zon houdt zich wel eens verborgen. En de wind blijft soms liggen. Op deze dagen, als windmolens en zonnepanelen weinig te doen hebben, is de aardgas gestookte Maxima-centrale keihard nodig. De Flevo 4 en 5 – turbines 1, 2 en 3 stonden op dezelfde plek, maar waren verouderd en zijn afgebroken – zijn essentieel voor de stroomvoorziening in Nederland, zegt Talen. ,,Als we stroom produceren, zijn we goed voor 5 procent van de vraag in het land.”
Lage waterstanden
Het zijn iconische gebouwen. Wie regelmatig over de A6 bij Lelystad rijdt, kent die witte dozen met schoorstenen vast wel. De centrale heeft twee aansluitingen op het hoogspanningsnet, zeg maar de snelweg van de stroomvoorziening. Groot voordeel is de ligging aan het IJsselmeer, stelt Talen. ,,Zoet water. Dat is veel fijner om te koelen dan zout water. En er is genoeg. Een centrale aan een rivier kan ’s zomers wel eens in de problemen komen door lage waterstanden en opgewarmd water.”
Engie, actief in 31 landen, traint hier binnen- en buitenlands personeel. In een opleidingscentrum naast de ‘Maxima’ leren zij op een simulator een elektriciteitscentrale te bedienen. Inclusief de gloednieuwe aanpassing aan een van beide turbines. Een klus die tientallen miljoenen euro’s kostte en Engie in de voorhoede plaatst op het gebied van duurzaamheid.
Het sluiten van de centrale is makkelijker uit te leggen dan het onteigenen van boerenHarry Talen, vestigingsmanager
En dat is nodig ook, want de Maxima-centrale is een ‘grote C02-uitstoter’. Talen meldt het zonder aarzelen. Bij het stoken van aardgas komt deze stof nu eenmaal vrij. ,,We staan in de top 20 van grootste uitstoters in Nederland”, zegt hij. ,,In Flevoland sta je al snel op de eerste plaats, je hebt hier weinig industrie.”
Tuurlijk, je kunt de centrale net zo goed sluiten als je minder uitstoot wil, geeft hij toe. ,,Dat is makkelijker uit te leggen dan het onteigenen van boeren. Maar dan ga je voorbij aan onze maatschappelijke rol.”
De vraag is dus: hoe kan de centrale blijven draaien én minder C02 uitstoten? Daar heeft Engie een antwoord op gevonden met eerdergenoemde peperdure aanpassing. Niet alleen produceert de turbine dankzij dit ‘pakket’ meer elektriciteit en is daar minder aardgas voor nodig, de centrale kan bovendien voor 50 procent op waterstof draaien. En dat is een wereldprimeur, zegt Talen trots. ,,Dit is de eerste centrale ter wereld die zo veel waterstof kan bijmengen. Vaak stopt het bij 5 tot 10 procent, wij gaan veel verder.”
,,Het was best spannend. De turbine heeft zo’n vier maanden niet gedraaid door de werkzaamheden. We zijn uitvoerig aan het testen geweest. De bouwer heeft deze modificatie ontwikkeld en nam contact met ons op om dit gezamenlijk te plaatsen. Wij hebben goede technische mensen hier. Noem het maar de Flevolandse pioniersgeest.”
Een groot probleem opgelost, zou je zeggen. Mooie kans om de elektriciteitsvoorziening duurzamer te maken. Maar zover is het nog niet. De volgende vraag is hoe het waterstof bij de centrale komt. Talen: ,,De hoeveelheden die wij hier gebruiken, voer je niet per vrachtwagen of schip aan.” Er is, kortom, een pijpleiding nodig. En die ligt er niet.
Alle hoop is gevestigd op het landelijke CO2-vrije waterstofnetwerk waar Gasunie momenteel aan werkt. Koning Willem-Alexander gaf in oktober vorig jaar het startsein. Het netwerk verbindt vijf industriële clusters in Nederland en haakt aan op leidingen in België en Duitsland. Het grootste deel zal uit bestaande leidingen bestaan, de rest wordt nieuw gelegd.
‘Met het landelijke waterstofnetwerk krijgen alle industriële regio’s toegang tot waterstofinfrastructuur en maken we van Nederland de waterstofhaven van Europa’, meldt Gasunie op haar website. Mooi plan, maar er ligt geen lijntje naar Flevoland.
Knooppunt bij Ommen
,,We willen graag een aansluiting op het landelijke net”, zegt Talen. ,,Dat loopt langs Zwolle, bij Ommen is een groot knooppunt. Wat ons het meest logisch lijkt, is dat dáár een aftakking komt. Dat is de meest logische route.”
Om dat voor elkaar te krijgen, is een stevige lobby nodig. ,,We praten met de Gasunie, de provincie. Het loopt, maar het is complex. Je moet zuinig zijn met gemeenschapsgeld.”
Engie is ook aangesloten bij het vorig jaar opgerichte platform Flevoland Hydrogen Valley (FLHY). Een bundeling van 70 partijen, die een waterstofeconomie wil opzetten in de polder. ‘Onze ondernemers komen nu al met plannen voor waterstoffabrieken of voor het toepassen van waterstof in hun bedrijf. Terwijl er op dit moment nog bijna geen waterstof beschikbaar is in Flevoland’, zei toenmalig gedeputeerde Jan-Nico Appelman bij de oprichting. En: ‘Cruciaal is dat we als Flevoland aangesloten worden op het landelijk waterstofnetwerk dat momenteel wordt aangelegd.’
Talen: ,,Het gaat bij FLHY om tientallen initiatieven die op eigen houtje geen pijplijn rechtvaardigen. Met een aftakking naar Flevoland kunnen ze aanhaken. Nu is er niks en dat is een gemiste kans.”
Voor de duidelijkheid: ook Engie wil groene waterstof gebruiken (zie kader onder dit verhaal). ,,Maar dat gaat best wel lang duren”, zegt woordvoerster Isabelle Kuper. ,,Als oplossing voor de tussenliggende jaren denken we aan blauwe waterstof. Een tussenvorm, waarbij je CO2 je opvangt in plaats van dat het de lucht in gaat.”
Met het project HyNetherlands in Eemshaven wil het bedrijf zelf groene waterstof produceren. Ondertussen wil Engie ook de tweede turbine aanpakken en klaarmaken voor waterstof. Dat moet over enkele jaren gebeuren, tegelijk met het groot onderhoud. En het bedrijf probeert ,,het gat tussen 50 en 100 procent bijmenging te dichten”, aldus Talen. Oftewel, de centrale volledig laten draaien op waterstof.
Is dat niet een enorm risico zonder duidelijkheid over de aanvoer? Of misschien wel naïef? ,,Wij nemen onze verantwoordelijkheid”, zegt Talen. ,,Wij willen die kip-ei-discussie doorbreken. Daarom investeren we en hopen we andere partijen mee te krijgen.”
Professor: ‘Ontzettend veel plannen’
,,Het is een bekend probleem.” Dat zegt waterstofprofessor David Smeulders van de Technische Universiteit Eindhoven over de pogingen van Engie om een aansluiting op het grote waterstofnetwerk te krijgen. Er lígt al een bescheiden netwerk van waterstofleidingen in Nederland, geeft hij aan. ,,Daar wordt grijze waterstof door vervoerd. Dat kan in de toekomst groen worden hoor, waterstof is waterstof.”
Voor een centrale als die van Engie in Lelystad is dat niet genoeg. ,,Die heeft grote hoeveelheden waterstof nodig. Het is geen doen om met een tankwagen aan te komen.” Smeulders denkt dat er veel meer vraag naar aftakkingen komt als Gasunie begint met de aanleg van de pijpleiding door Nederland. ,,Er zijn ontzettend veel plannen om met waterstof te werken, grote initiatieven, ook in Duitsland.”
Dat Engie nu al een centrale heeft die voor een belangrijk deel op waterstof kan draaien, noemt hij ‘optimistisch’. ,,Maar als iedereen op elkaar gaat zitten wachten, gebeurt er niks.”