Gascentrales moeten over op waterstof, maar niemand weet nog hoe
Door Jeroen Kraan
03 mrt 2024 om 05:08Update: 17 uur geleden
841 reactiesDelen
Om al onze stroom duurzaam te maken, moeten gascentrales de overstap naar waterstof maken. Maar de twee grootste eigenaren van zulke centrales waarschuwen dat die ombouw nog nauwelijks op gang komt. Kabinetsplannen om de overstap te subsidiëren zijn onlangs geschrapt.
Op een druilerige donderdag staat de Maximacentrale in Lelystad flink te draaien. Er is weinig zon en wind, dus gascentrales als deze zijn nodig om Nederland van voldoende stroom te voorzien. Harry Talen van de Franse energiegigant Engie wijst naar een rubberen rand op de grond. Die scheidt de fundering onder de generator van die onder de rest van het gebouw. “Anders trilt gewoon het hele gebouw kapot.”
Deze centrale draait nu op aardgas, maar hij is als enige in Nederland al geschikt om ook 50 procent waterstof te verbranden. Daarmee zou de CO2-uitstoot flink omlaag kunnen, maar er is één groot probleem: de benodigde duurzame waterstof is er nog niet. Sterker nog, er ligt nog niet eens een waterstofleiding naar de centrale toe. Het is niet duidelijk wanneer die er wel komt.
Engie stak tientallen miljoenen in de upgrade naar waterstof. “Omdat wij graag een voorloper willen zijn in de energietransitie”, aldus Talen. Maar het bedrijf heeft nog niet eens kunnen testen of de centrale het wel doet op waterstof.
“De turbinefabrikant die dit voor ons heeft ingebouwd, heeft natuurlijk wel bewijs moeten laten zien dat het daadwerkelijk werkt”, zegt Talen. “Maar fysiek testen met 50 procent waterstof kan nog niet, simpelweg omdat de waterstof er nog niet is. Dat soort hoeveelheden kun je ook niet per vrachtwagen vervoeren. Je moet een aansluiting hebben op het landelijke waterstofnet.”
Volg ons klimaatnieuws
Ontvang meldingen bij nieuwsBlijf met meldingen op de hoogte
Subsidie gaat niet door
Het laat zien dat er nog een flinke weg is te gaan voordat écht al onze elektriciteit zonder CO2-uitstoot wordt geproduceerd. Het kabinet wil dat het in 2035 zo ver is, in navolging van een advies van wetenschappers. De meeste stroom zal dan direct uit zonnepanelen en windmolens komen, of ’s avonds en ’s nachts uit batterijen.
Maar er zullen ook periodes zijn dat we daar niet voldoende stroom uit kunnen halen, met name in de donkere wintermaanden. Dan zullen gascentrales op een duurzame brandstof als waterstof moeten draaien. Geproduceerd met schone elektriciteit, of uit aardgas met technologie om de CO2 af te vangen.
De vraag is niet alleen of we straks genoeg van die waterstof hebben, en of er pijpleidingen naar alle elektriciteitscentrales liggen, maar ook of de centrales die waterstof wel kunnen gebruiken. Ze zullen maar weinig uren per jaar nodig zijn, waardoor het voor bedrijven onaantrekkelijk is om veel te investeren in de ombouw.
Om daar iets aan te doen, reserveerde het kabinet 1 miljard euro in het Klimaatfonds om gascentrales te helpen de overstap te maken. Maar in januari schreef demissionair klimaatminister Rob Jetten aan de Tweede Kamer dat deze subsidie toch niet door kan gaan, omdat het in strijd zou zijn met Europese regels voor staatssteun. Het is namelijk onvoldoende duidelijk of dit écht CO2 bespaart.
Aardgas blijft goedkoper
“Als je meebetaalt aan de ombouw van zo’n centrale, blijft het nog steeds zo dat de waterstof die je erin moet stoppen duurder is dan aardgas”, legt Jesse Hettema van Aurora Energy Research uit. “Dus dan staat hij waarschijnlijk het grootste deel van de tijd alsnog stil. Omdat het in het buitenland veel goedkoper is om met aardgas te draaien, of omdat de concurrentie binnen Nederland te groot is.”
Het onderzoeksbureau van Hettema bekeek de mogelijkheden om de Nederlandse gascentrales over te laten stappen op waterstof. Conclusie: de centrales hebben (ook) een subsidie nodig voor elk uur dat ze op waterstof draaien. Zo kan de overheid het verschil vergoeden met de kosten van draaien op aardgas en ervoor zorgen dat de CO2-uitstoot écht omlaaggaat.
Jetten erkent nu ook dat er zo’n subsidie moet komen, maar laat de uitwerking ervan aan een volgend kabinet. Ondertussen blijft het voor de eigenaren van gascentrales wachten op duidelijkheid.
Ook het Duitse RWE vindt dat er “op korte termijn” duidelijkheid moet komen over de verduurzaming van gascentrales. Het bedrijf, dat in Nederland vier van zulke centrales heeft, vraagt om “duidelijk, stabiel beleid” dat gelijk opgaat met ontwikkelingen in Duitsland. Er zal hoe dan ook subsidie nodig zijn om de overstap te kunnen maken naar waterstof, aldus een woordvoerder van het bedrijf.
Betalen voor back-up
Buurlanden als België en het Verenigd Koninkrijk hebben een systeem opgetuigd waarin stroomproducenten een jaarlijkse vaste vergoeding krijgen als ze op afroep stroom kunnen leveren. Het zorgt ervoor dat gascentrales – en in de toekomst ook waterstofcentrales – rendabel blijven als ze nog maar weinig uren hoeven te draaien.
Door dit systeem zijn over de grens ook nieuwe gascentrales in aanbouw, die later moeten kunnen overstappen op waterstof. “Daar geloven wij ook in”, zegt Talen. Zijn bedrijf Engie wil in Nijmegen een hybride gascentrale bouwen, maar verwacht daar nu geen winst mee te kunnen maken. Daarvoor moet de markt fundamenteel op de schop.
Volgens Hettema kan het Belgische systeem inderdaad zorgen voor een stabielere stroommarkt. Het kost jaarlijks wel flink wat geld om de vaste vergoeding aan de stroomcentrales te betalen, maar je voorkomt het risico op tekorten en tijdelijke pieken in de stroomprijs. “De vraag is hoeveel je bereid bent te betalen om zulke tekorten te voorkomen.”
Jetten schreef vorig jaar aan de Kamer dat hij met experts gaat uitrekenen of het voor Nederland gunstig is om een vergelijkbaar systeem in te voeren. Binnenkort volgt het antwoord, zegt een woordvoerder. Maar de daadwerkelijke keuze zal aan een volgend kabinet zijn.